Zondag 17 september 1944: een onvergetelijke luchtshow
André Morre
Na de mislukte poging van de Canadezen om op 13/14 September 1944 een bruggenhoofd te vestigen aan de Molentjesbrug, verbleven wij nog tot 21 September in de frontlinie te Platheule, Dasseweg nr. 1. Onze woning, vlakbij de Leopoldsvaart, was door de Duitse hospitaalsoldaten ingericht als Eerste Hulppost. Enkel de keukenruimte bleef nog tot onze beschikking. Zelfs de "onderstand" die vader in de vaartdijk had gemaakt, moesten we ’s nachts delen met de Duitsers. Zij adviseerden ons wel om elders te gaan overnachten. Volgens hen bestond de kans dat er bij een eventuele nieuwe Canadese aanval handgranaten in de "bunker" gegooid zouden worden. Dat kon natuurlijk een fatale afloop hebben voor ons gezin. De door de Duitsers gevreesde Canadese acties bleven echter uit en het bleef ook ’s nachts rustig. Uiteindelijk besloten wij toch om toelating te vragen aan Edward Van Hollebeke om in zijn "patattenkelder" te komen slapen. Dat werd onmiddellijk toegestaan en op maandag 18 september werd met matras en dekens naar het erf van boer Hollebeke getrokken. De gewelfde kelder, half onder-, half bovengronds, was sterk gebouwd. Het gaf ons een veilig gevoel, temeer omdat we thans in gezelschap van onze buren verbleven. De bezetters versterkten ondertussen hun linie en de Canadezen aan de overkant hielden zich koest. Wel was er veel vliegverkeer van zware bommenwerpers die het gebied overvlogen.
Terug naar daags voordien, zondag 17 september: een prachtige nazomerdag, 's morgens een beetje "brandsmoor", maar al in de voormiddag volop zon. Er bleek iets op til te zijn want er was ongewoon veel beweging in de lucht. Jachtvliegtuigen, vooral Spitfires, voerden, laag over de grond scherend, verkenningen uit. De Duitsers hielden zich bijzonder stil want ze hadden terecht een heilige schrik van de geallieerde jagers. Even na de middag kwam er uit de westelijke richting Damme een aanzwellend geronk en ogenblikken later verscheen er een massa zware vliegtuigen op tamelijk geringe hoogte, plus minus duizend meter, die langzaam oostwaarts richting Moerkerke-Molentje-Den Hoorn- Middelburg vlogen.
Dakota C-47 transportvliegtuig www.wikipedia.org
De vliegtuigstroom was ruim drie km. breed en de meeste toestellen waren voorzien van witte strepen op vleugels en romp. Vanonder ons afdak aanschouwden wij verbouwereerd dit uitzonderlijk gebeuren. Nog nooit gedurende de ganse oorlog hadden wij zoveel laagvliegende vliegmachines gezien. Plots bemerkten we iets nog meer verbazingwekkends: vliegtuigen die een ander sleepten aan een lange witte kabel. Zweefvliegers! Ook deze waren voorzien van witte invasiestrepen. Het was een ongelooflijk fascinerend zicht. De Duitsers loerden eveneens vanuit hun putten en onze houtmijt met ontzag naar dit bijzonder schouwspel. Enkele van die wonderlijke "getrekken" kwamen pal boven ons huis gevlogen, daarom liep ik samen met moeder naar binnen om door het raam van de keuken de vlucht van de zwevers te volgen.
Opeens zagen we dat een van de zweefvliegers een opwaartse beweging maakte, zodat hij hoger dan zijn trekker kwam te liggen. Onmiddellijk daarop viel er uit de zijdeur van het trekvliegtuig een zwart voorwerp dat direct veranderde in een witte parachute. Stomverbaasd staarden we naar de parachutist die langzaam naar beneden dreef en de grond raakte nabij 't Molentje, ter hoogte van de Preekboom, in vogelvlucht plus minus een kilometer van ons af.
Nog steeds kwamen er vliegtuigen, met en zonder zwevers, aangevlogen vanuit het westen. Het zag er naar uit dat een gedeelte van die formaties er zich niet van bewust was zich boven het nog steeds bezette deel van Belgie te bevinden.
Tot onze opluchting reageerden de Duitsers niet. Nochtans stond er bij ons aan de "duiker" een goed gecamoufleerd en schietensklaar 20mm kanon opgesteld. Wellicht had de hogere Duitse legerleiding besloten niet in te grijpen tegen deze overweldigende overmacht en zich te beperken tot de verdediging van de frontlijn, het hoofddoel van de aanwezigheid van haar troepen langs de kanalen. Het verrassingselement zal hier ook wel een rol hebben gespeeld.
Eindelijk verdween de armada uit het zicht, de passage had ongeveer een uur in beslag genomen. Tot lang nadien vroegen we ons af wat de bedoeling geweest was van die grootscheepse raid. Naderhand vernamen we dat er in Nederland, rond Nijmegen en Arnhem een gigantische luchtlanding - de grootste ooit - had plaats gevonden met de bedoeling de bruggen over de grote rivieren nabij het Duitse Roergebied onbeschadigd in handen te krijgen. Met als gevolg een snellere beeindiging van de oorlog Nog later kregen we te horen dat deze operatie "Market Garden" werd genoemd, maar ook dat deze jammerlijk was mislukt.
Boven: Foto van meerdere formaties van telkens vier Dakota C-47 sleepvliegtuigen, die elk een Waco zweefvliegtuig sleepten boven Eindhoven (NL) op 7 September 1944. Zij maakten deel uit van een luchtvloot van meer dan 3000 transporten zweefvliegtuigen. Onder: Foto van dropping van parachutisten vanuit een Dakota C-47 bij Arnhem (NL) op 17/9/1944 in het kader van Operation Market Garden (Slag om Arnhem) www.beeldbankwo2.nl
Dit artikel heb ik geschreven omdat ik, 69 jaar later, nog steeds met de volgende onbeantwoorde vragen zit opgescheept:
- Waarom werd een parachutist gedropt uit dat C-47 Dakotatoestel dat een Waco-zwever voorttrok?
- Had deze parachutist een militaire opdracht of was hij lid van het Belgisch verzet?
- Wat is er verder met die parachutist gebeurd?
Enige tijd geleden had ik een ontmoeting met de heer Gerard Lamote, een vroegere klasgenoot. Zijn hofstede is gelegen
nabij de Preekboom en de Sint -Pietersdijk, waar de parachutist destijds neerkwam. Zelf heeft hij het gebeuren niet meegemaakt, maar na de bevrijding heeft hij evenwel het valscherm gevonden op een van zijn landerijen!
Mijn geboortejaar is 1930, dus val ik binnenkort onherroepelijk in de categorie "De Laatste Getuigen" en dat geldt niet alleen voor mij!
Daarom mijn laatste vraag: zijn er lezers die zich deze memorabele zondag herinneren, inzonderheid het droppen van de parachutist nabij de Preekboom?