Niet te missen op Open Monumentendag zondag 8/9/2013:
Ons museum en de toekomst van het Sint-Janshospitaal in Damme
Caroline Terryn
TentoonsteMing
Vanaf onze stichting in 1999 verzamelen wij het lokale erfgoed dat anders zou verloren gaan. Oude foto’s, vlaggen, fanfarekostuums en -instrumenten, maar ook archeologische vondsten, rouwprentjes,... . Sinds 2010 staat alles veilig in de Veronicakapel. Nu stellen we onze mooiste stukken tentoon in het schip van de Sint- Dionysiuskerk.
Gidsbeurten
Drie bestuursleden gidsen u in de expo, de kerk en gaan dan met een kleine groep naar buiten, waar ze stilstaan bij enkele merkwaardige graven, die wij van de ondergang hebben gered. Vanaf het Dorpsplein vertellen ze u meer over het kasteel, waar onze vereniging haar zetel heeft. De gidsbeurten vertrekken doorlopend.
Slideshow
Het Kasteel van Moerkerke is, naast onze kapellen en de Lieve, het onderzoeksthema van onze vereniging. Een powerpointvoorstelling van 20 minuten toont wat we weten over het mottekasteel, de donjon, de renaissancetuin, de verschillende kasteelheren en het jongensinternaat, dat de huidige feestzaal vooraf ging.
Muziekoptreden
Ondertussen kan u genieten van enkele muzikale intermezzi, gebracht door Moerkerkenaar Lukas Vandersteene op een van zijn talrijke instrumenten uit de volksmuziek.
Erfgoedblad Damme
Ons rijk gei'llustreerd ledentijdschrift, boordevol vlot leesbare artikels over erfgoed in en de geschiedenis van alle Damse deelgemeenten ligt uiteraard ook ter inzage. Het is te koop aan 15 euro voor 4 nummers per jaar.
DISCUSSIEFORUM
‘Een nieuwe toekomst voor het Sint-Janshospitaal?’
Stadhuis, Markt zIn start: 14u duur: 1u
TENTOONSTELLING
‘Het Sint-Janshospitaal. Verleden en toekomst voor een monument.' Stadhuis, Markt z/n openingsuren: 10u-18u
Aanraders
Het Sint-Janshospitaal kan u nog de hele maand September bezoeken en ook volgende zomer, want de stad beloofde het museum nog minstens in 2014 open te stellen. Daarom zouden we u een museumbezoek in Damme op deze drukke Open Monumentendag met meteen aanraden. Ons eigen museum daarentegen wel. Uiteraard! Het is een unieke gelegenheid om eens met eigen ogen te zien wat het museumteam daar elke donderdagvoormiddag inventariseert, catalogiseert, oppoetst, verplaatst, herschikt, bestudeert, afstoft, fotografeert, bestudeert, conserveert en wat al niet meer.
Daarnaast lijkt ons de tentoonstelling in het Stadhuis de moeite waard, alhoewel we uit goede bron vernamen dat de toekomstplannen voor het Sint-Janshospitaal vooralsnog in de hoofden van de plannenmakers zitten. Maar gelukkig hebben ze wel - naar het schijnt - een visie en die gaan ze bij monde van de projectregisseur aan de gloeiend nieuwsgierige bevolking kenbaar maken in een discussieforum dat om twee uur begint en een uurtje zal duren. Daarna kan u nog de rest van de namiddag in Moerkerke doorbrengen.
Naar aanleiding van dit publiek debat - in het OMD-krantje aangekondigd als ‘discussieforum’ - schreven we een artikel in de Zwinkrant, ‘het advertentieblad voor de verwende uitgaander’. We willen het de lezers van Erfgoedblad Damme niet onthouden, maar wijzen er wel op dat dit persoonlijke voorstellen en standpunten zijn.
Sint-Janshospitaal in Damme: van opvangcentrum tot ? Ja, tot wat?
Wat zal er gebeuren met het Museum Sint-Janshospitaal? Tien jaar geleden besliste het OCMW dat het zich na de verhuis naar Sijsele ging beperken tot zijn kerntaken. Een museum openstellen hoort daar niet bij. Volgend jaar is het zover: in april 2014 verhuist het rustoord. De OCMW- nieuwbouw in Sijsele schiet goed op. Ter gelegenheid van Open Monumentendag wordt in het Stadhuis een tipje van de sluier opgelicht. Het OCMW en de stad Damme vroegen aan Lams-Van Mieghem architecten een Masterplan te ontwerpen. Dit architectenteam werd in 2010 na een open oproep door de Vlaamse Bouwmeester aangeduid en zal op 8 September 2013 zijn plannen tentoonstellen.
Burgemeester Dullaert liet zich in 1754 portretteren als hoofdvoogd van het Sint-Janshospitaal. Hij was ook stadsontvanger en dat kwam goed uit, want de voogden pasten de tekorten van het hospitaal bij uit de stadskas.
Naast de expo is er om 14u een publiek debat o.l.v. de projectregisseur van het Masterplan. Hij zal het Masterplan voor de OCMW-site toelichten en het publiek uitnodigen actief mee te werken en ideeen te spuien rond de herbestemming van het hospitaal. Eerste schepen Joachim Coens kondigde het publieke debat aan op de Erfgoedraad, een deelraad van de Cultuurraad. De stad zal haar verantwoordelijkheid opnemen om haar eeuwenoude erfgoed op een goede manier aan de komende generaties door te geven. Het siert haar dat ze de manier waarop ze dat zal doen in een publiek debat wil bespreken. Wij zullen alvast pleiten zorgvuldig om te gaan met dit eeuwenoude stedelijk erfgoed. Heeft u ideeen of zelfs concrete voorstellen? Lanceer ze op het publieke debat op 8 september om 14u, ten stadhuize.
De beste voorbereiding op het debat is uiteraard een bezoekje aan het museum van het Sint-Janshospitaal. Het gezelligste vertrek van het museum is de Voogdenkamer. De kamer lijkt op de interieurs van de Hollandse schilders uit hun Gouden Eeuw. De hoge ruimte met de statige haard in zwart marmer herinnert aan de schilderijen van Vermeer. Maar dit was geen woonkamer van welstellende burgers, wel de kamer waar zuster overste haar voogden ontving. De zusters runden het hospitaal onder voogdij van de stad. De voogden benoemden de hoofdzuster, controleerden wie opgenomen werd, keken de rekeningen na en pasten tekorten bij uit de stadskas... Het stadsbestuur stelde de voogden aan of zetelde zelf in de raad. In 1754 was Jacques Dullaert hoofdvoogd van het hospitaal en stadsontvanger en burgemeester van Damme; van een cumul gesproken... Zoals vele voogden liet hij zich portretteren. Het schilderij hangt nog altijd naast de voogdenkamer. De voogden sloten hun vergadering af met een maaltijd en het was geen ziekenhuiskost die de zusters hun voogden voorschotelden. Het hospitaal bewaart nog een paar wijnflessen (lege) uit de 18de eeuw. Het reilen en zeilen van eeuwen stedelijke voogdij is tastbaar in die ene kamer. De voogdenkamer werd pas ingericht in de 17de eeuw, maar het hospitaal en de stadsvoogdij gaan al terug tot de 13de eeuw. Het hospitaal werd toen gebouwd. Het domineerde de Kerkstraat tot het in 1907 zijn monumentale karakter verloor door de bouw van het Sint-Margarethagodshuis ter hoogte van de tuinmuur.
Het stadsbestuur liet rond 1280 het reusachtige gebouw optrekken in steen. Niet evident, want in de 13de eeuw moest je steenrijk zijn om in steen te bouwen. Het was een nieuw opvangtehuis voor de vele nieuwkomers. Nu steken we nieuwkomers bij voorkeur in oude kazernes; toen kregen ze een stenen nieuwbouw. Het Sint-Janshospitaal was groter dan het vorige opvangtehuis, het Domus Maria Beata. Dat Huis van O.L.V. dateerde van rond 1240. Een groter hospitaal was nodig omdat Damme een bevolkingsexplosie kende van enkele honderden tot zo’n 5.000 inwoners. De immigratie deed de stad groeien en bloeien, maar deed ook criminaliteit en bedelarij toenemen. Het stadsbestuur beperkte de overlast door elke nieuwkomer die geen herberg kon betalen, een gratis overnachting aan te bieden. De volgende ochtend moest wie gezond van lijf en leden was het gasthuis verlaten: werk gaan zoeken in de haven of verder reizen. Zieken mochten in het gasthuis blijven tot ze hersteld waren of tot ze, geduldig verzorgd door de zusters en biddend voor het zielenheil van de weldoeners van het gasthuis, een christelijke dood vonden. Het hospitaal voorkwam dat uitgeputte, zieke vreemdelingen, ver van eigen land en volk op straat stierven. Het zorgde er ook voor dat berooide nieuwkomers een nachtje op adem konden komen en de koopwaar van handelaars met rust lieten. Het hospitaal combineerde christelijke naastenliefde met ordehandhaving in de snelgroeiende havenstad.
Dat systeem van georganiseerde gastvrijheid, hospitalitas, had Damme met zelf bedacht. Elke Vlaamse stad had een hospitaal of gasthuis. De steden hadden zich gei'nspireerd op de Hospitaalridders, die van Europa tot het Heilig Land een keten van hospitalen voor pelgrims en kruisvaarders uitbaatten. Het is geen toeval dat de hospitalen van Damme, Brugge, Gent en leper gewijd zijn aan Sint-Jan, de patroonheilige van de hospitaalridders. Het principe van gastvrijheid was hetzelfde, maar de stedelijke hospitalen kregen naast pelgrims vooral economische vluchtelingen en ‘asielzoekers’ over de vloer. Boeren ontvluchtten massaal het platteland om in de (haven)stad werk te vinden en eigenlijk ook asiel, want de heer van hun dorp van herkomst kon hen niet meer verplichten tot feodale karweien als ze het een jaar en een dag in een stad volhielden.
Naarmate het Zwin verzandde en de havenactiviteiten zich naar Sluis verlegden, ontvolkte Damme. Nieuwkomers werden schaars; het grote gasthuis werd een klein ziekenhuis. Vanaf eind 19de eeuw werd bejaardenzorg belangrijker dan ziekenzorg. Onder het Franse Bewind (1795-1815) maakte het stedelijke hospitaal deel uit van de Burgerlijke Godshuizen. Die instelling evolueerde in 1925 naar de Commissie van Openbare Onderstand (COO) en in 1976 tot Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn. Het OCMW staat nog steeds onder stedelijke voogdij. Met het oog op de toenemende vergrijzing en hogere kwaliteitseisen verhuizen rustoord en Sociaal Huis in 2014 naar een gloednieuwe zorgsite. Die wordt in Sijsele gebouwd omdat sinds de fusie bijna de helft van alle Dammenaars in Sijsele woont.
Het Sint-Janshospitaal van Damme bestaat zo’n 750 jaar en dat liet sporen na in het gebouw en in zo’n 500 documenten, meubels, huisraad, kunstvoorwerpen, grafstenen,... Ze horen bij dat gebouw omdat ze getuigen van meer dan zeven eeuwen werking van opvangcentrum voor gasten, nieuwkomers, zieken en bejaarden. De museumcollectie geeft een meerwaarde aan het gebouw en omgekeerd. Dit eeuwenoude erfgoed elders tentoonstellen betekent een verarming, zowel voor het monument als voor de collectie. Ze nu van elkaar scheiden zou een grote vergissing zijn.
In 1269 was Damme de eerste Vlaamse stad met een kraan. Een tredkraan was een hele vooruitgang want voordien moesten de tonnen zonder heftuig geladen en gelost worden. Deze afbeelding van het Brugse Kraanplein is een detail van een 16de eeuws schilderij door Pieter Pourbus
De Gouden Eeuw van Damme
Het hospitaal verwijst naar - we kunnen zelfs zeggen levert bewijs voor - de bloeiperiode van de stad: de 13de eeuw. Toen was Damme, na Letterswerve, de eerste grote zeehaven van Brugge. In 1269 werd ze dank zij de Lieve ook de voorhaven van Gent. In datzelfde jaar kreeg Damme de grafelijke toelating om een stadskraan te bouwen: ze werd de eerste haven waar een kraan de havenarbeiders hielp om de zware tonnen van de zeeschepen op de binnenscheepjes over te laden. Dat was high tech, made in Flanders. Vlaanderen was een van de meest welvarende en vooruitstrevende streken van Europa en Damme was haar eerste zeehaven. Het is geen toeval dat Jacob van Maerlant uitgerekend hier neerstreek: Damme was in 1269 the place to be. Hij was de eerste in de Nederlanden die heel zijn oeuvre in zijn moedertaal schreef. Bovendien baseerde Jacob Van Maerlant zich niet langer louter op oude Latijnse teksten, maar ook op de kennis van tijdgenoten. Der Naturen Bloeme is een overzicht van alle levende wezens. Hij schreef het in Damme. Die vaak hilarische verhalen over mensen en dieren uit verre streken hoorde hij wellicht in de Damse zeemanskroegen. Deze stem uit de Gouden Eeuw zou luider moeten klinken in Damme. Dat kan heel goed in het Sint-Janshospitaal: Jacob heeft er beslist rondgewandeld.
Als Damme op zoek is naar een invalshoek om het hospitaal nieuw leven te geven, dan moet ze in de eerste plaats kijken naar het rijke verleden van het monument zelf. De rijkdom van Damme zit in haar verleden en het minste dat wij kunnen doen is die rijkdom gaaf doorgeven aan de komende generaties. Nog beter zou zijn: het museum opwaarderen. Een museum is niet per se saai en verlieslatend. Er zijn voorbeelden genoeg waar een (ver)nieuwd museum een impuls gaf aan de heropleving van een hele wijk (het MAS op het Eilandje) of zelfs een hele stad. Toegegeven: Damme is Antwerpen of Bilbao niet, maar Damme heeft een toeristische troef die ze nu kan uitspelen. Met het thema migratie en hoe een samenleving daarmee omgaat is de link naar vandaag vlug gelegd. Met de 13de eeuw toen Damme de eerste Zwinhaven met vooruitstrevende haveninfrastructuur was en Jacob van Maerlant hier de eerste werken in het (Middel)nederlands schreef, hebben we een sterk verhaal dat toeristen zal boeien en waarop Dammenaars fier kunnen zijn.