Uit de museumcollectie: uitzonderlijk 14de-eeuws muntje
en andere muntvondsten uit Moerkerke (deel 1)
Nikolay Holthoff
In dit artikel bespreken we kort de muntvondsten gaande van de 13de tot de 18de eeuw met hun historische context die gedaan werden tijdens de renovatie en bijhorende graafwerken in 2004 aan bakkerij 't Bakkertje, gelegen op de hoek van de Kasteelstraat en Sint -Dionisiusstraat te Moerkerke.
Alle munten werden overduidelijk in een grachtcontext aangetroffen, wat doet vermoeden dat zich aansluitend aan het opperhof met kasteel een omwald neerhof bevond. Munten die aangetroffen worden in een archeologische context zijn te vergelijken met een kasticket van een supermarkt. Ze geven ons een exacte datum, van wanneer de plaats in de geschiedenis door mensen bewoond werd. Munten vertellen ons ook iets over de welstand en de internationale contacten in een bepaalde periode, munten gingen immers niet zomaar verloren. Men vindt oude munten dan vooral ook terug in beerputten en andere afvalconstructies.
Alle muntvondsten werden aangetroffen in een secundaire context, m.a.w. we waren er niet bij toen de objecten in hun eigenlijke context werden gerecupereerd.
Behalve de vondst van munten betrof het rond kerk en kasteel ook natuursteentegels, stukken van noktegels, aardewerken vloertegels en enkele aardewerkscherven uit de 17de eeuw.
De Muntslag in oude tijden
Tot in de 17de eeuw werden alle munten met de hamer geslagen. Pas in de tweede helft van de 16de eeuw werd een deel van de munten op semi-mechanische wijze geperst in plaats van geslagen. Dit gebeurde aan de hand van cilinderrollen. Voor een echte muntmechanisering was het wachten op de schroefpers die vanaf de 17de eeuw werd gebruikt. In het muntatelier werd de hamerslag voorafgegaan door een reeks voorbereidingen. In de ovens werden kroezen geplaatst, waarin het metaal gesmolten en de legering werd gevormd. Het gesmolten materiaal werd tot repen gegoten en zolang met de hamer bewerkt tot het de gewenste dikte had. Uit de metaalstroken werden vierkante plaatjes geknipt, waarvan de hoeken werden afgeknipt en tot ronde muntplaatjes of flans bijgevijld. Alle muntplaatjes werden nauwkeurig op hun gewicht gecontroleerd. Door middel van twee gegraveerde muntstempels bracht de munter een afbeelding of beeldenaar op de plaatjes aan. De onderste matrijs, die de afbeelding van de voorzijde van de munt droeg, zat op een pin die in een houten blok of aambeeld vastgeankerd was. De bovenste matrijs, die de afbeelding van de keerzijde van de munt droeg, zat vastgehecht aan een houten steel, die de munter in de ene hand vasthield, terwijl zijn andere hand een zware hamer omknelde. Nadat een muntplaatje op de in het aambeeld vastzittende matrijs was gelegd, plaatste de munter de steel erop en gaf hij enkele forse hamerslagen. Op die manier werden de afbeeldingen van de matrijzen in het plaatje geperst .1
Lodewijk van Nevers (regeerperiode 1322 -1346)
De oudste munt die aangetroffen werd in Moerkerke is een Mijt /Biljoen (n.v.d.r.: een mijt is een middeleeuws muntje; er gingen 48 Vlaamse mijten in een stuiver) geslagen tijdens de regeerperiode van Lodewijk van Nevers II, ca. 1304 tot zijn overlijden op 25.augustus 1346. Geslagen in de muntslagplaats te Gent in de periode 1334 -1337. Munten van dit type zijn zeer zeldzaam.2
Mijt/Biljoen geslagen tijdens de regering Lodewijk Van Nevers I
Geslagen in Gent? (1334 -1337) Diameter: ± 17 mm Voorzijde: afbeelding van een L Omschrift: MONETTTLOSTENS Keerzijde: een krais Omschrift:.COMELTORILVD
Vindplaats: Kasteelstraat Moerkerke, goede staat, zeldzaam.
Lodewijk II van Nevers of Lodewijk I van Vlaanderen (°Nevers, ± 1304 - Slag bij Crecy, 26 augustus 1346), ook Lodewijk van Crecy genoemd, was graaf van Vlaanderen en van Nevers (1322-1346), en graaf van Rethel (1322 -1346). Zoon van Lodewijk van Nevers (zoon van Robert III en even voor deze overleden) en Johanna van Rethel; hij was tevens graaf van Nevers en Rethel. Lodewijk van Nevers werd opgevoed aan het Franse hof en huwde op 21.07.1320 met Margaretha van Artois ( 1382). Margaretha was de dochter van koning Filips V van Frankrijk. Lodewijk van Nevers legde tijdens zijn regering een pro-Franse houding aan de dag (in tegenstelling tot zijn voorgangers). De door Lodewijk opgelegde zware belastingdruk leidde tot de opstand van 1322, die pas in 1328 kon worden bedwongen met hulp van Franse troepen (Slag bij Kassel). Bij het begin van de Honderdjarige Oorlog koos Lodewijk partij voor Frankrijk tegen Engeland, waardoor Engeland economische maatregelen nam tegen Vlaanderen. Door de hieruit voortvloeiende spanningen werd hij gedwongen Vlaanderen (met als leider Jacob van Artevelde) in tal van opzichten tegemoet te komen. In 1339 verliet Lodewijk voorgoed het graafschap. Lodewijk van Nevers sneuvelde in dienst van het Franse leger in de slag bij Crecy op 26 augustus 1346.
Filips de Schone (regeerperiode 1482 tot 1506)
Een tweede munt die in de grachtcontext werd aangetroffen is een Dubbele Naamse Mijt /Biljoen van Filips De Schone.
Dubbele Naamse Mijt Biljoen geslagen tijdens de regering Filips De Schone. Geslagen te Namen (1497 -1504) Diameter: ± 19 mm
Voorzijde: gekroonde leeuw Omschrift: (PHS) ARCHIDUC + AVS +OVC + BG +CO + N(A)
Keerzijde: gekroond kruis Omschrift: IN + DOMINO + CONFIDO (ANNO....?) Vindplaats: Kasteelstraat Moerkerke, goede staat, zeldzaam (3) (4) (5).
Filips de Schone werd geboren te Brugge 22 juli 1478 en overleed te Burgos op 25 september 1506. Filips, bijgenaamd de Schone was heerser over de landen die samen de Habsburgse Nederlanden en kroon van Castilie worden genoemd. Hij was een zoon van Maximiliaan van Oostenrijk en van Maria van Bourgondie. Toen zijn moeder Maria van Bourgondie in 1482 stierf, werd hij als vierjarige kleuter troongerechtigd, maar zijn vader oefende tijdens zijn minderjarigheid het regentschap over de Nederlanden uit. Filips werd opgevoed te Mechelen bij zijn (stief) grootmoeder Margaretha van York en onderging de invloed van de inheemse adel. Dat bleek heel duidelijk toen hij in 1494 meerderjarig werd verklaard en persoonlijk het bewind in handen nam.
Filips was van 1482 tot 1506 vorst van de Bourgondische Nederlanden. Van meet af aan stemde hij zijn beleid af op het verdedigen van de belangen van de Nederlanden en het bewaren van de neutraliteit in de toenmalige Frans -Engelse tegenstellingen. Hierdoor week hij af van de politieke lijn van zijn vader Maximiliaan, die steeds een harde anti-Franse houding had aangenomen, maar die zich na zijn aanstelling tot keizer (1493) niet meer met de Nederlanden bemoeide. [1] [2] [3] [4]
Voetnoten
[1] Keizer Karels Geldbeurs 'Geld en financien in de XVIe Eeuw' Blz 23 Museum van de nationale bank van Belgie Bijlage Catalogus 15 mei tot 30 juni 2000.
[2] Atlas der munten van Belgie "Van Kelten tot heden" H.Vanhoudt Blz 120 afbeelding G 2575.
[3] Atlas der munten van Belgie "Van Kelten tot heden" H.Vanhoudt Blz 132 afbeelding H 182
[4] Les Monnaies Des Pays Bas Bourguignons et Espagnoles 1434 -1713 H.Enno Van Gelder et Marcel Hoc J Schulman Amsterdam 1960 blz 65
[5] Atlas der munten van Belgie 'Van Kelten tot Heden H Vanhoudt blz 131 plaat H 182