Moerkerkebrug en de Lieve (deel 4)
Denis Raman
We blijven bij Yvonne Steyaert. In onze vorige aflevering vertelde ze onder meer hoe haar broer Andre in 1950 als onderpastoor werd aangesteld in Zeebrugge. Hier volgt een gelegenheidsgedicht dat Yvonne schreef ter gelegenheid van zijn gouden priesterjubileum: Moerkerke 1946 - Izegem (Heilige Familie) 1996:
Op deze draaiende planeet
Liet Andre zijn eerste kreet
We schrijven 1921, 17 maart
Datum waarop hij altijd verjaart.
Moeder Emelie had met haar kleuter heel wat te stellen
Ze kon er ook veel over vertellen
Ik heb er wat verhalen opgeschreven
Hopelijk zonder u met dit epistel te vervelen.
Misschien dat het u allen interesseert
Hoe hij zijn fopspeen heeft verleerd
Bij de jubilaris gaat nu wel een lichtje branden
Op het moment toen hij zijn tutter liet verbranden.
Dat was in kleutertaal zijn eigening
En onafscheidelijk waar hij stond of ging
Van dan af moest hij de tutter niet meer hebben
Het ding zag te zwart en de rubber niet meer effen.
Op een dag zou Andre eens heel gewoontjes
Gaan kijken hoe het stond met moeders perseboontjes
Toelating wou hij haar niet vragen
Want hij was bang om aan haar oren te zagen.
Zo was hij in de tuin en bekeek alles aandachtig
Hij zette zich tussen de bonen en vond het hier prachtig
Dat was niet naar de zin van ons moeder
Die veel te lang naar de bengel moest zoeken.
Daarom begon ze te roepen heel luid
Doch de kapoen gaf geen enkel geluid
Ma haar werk was stil blijven staan
Maar dat kon Andre niet verstaan.
Dichtbij waren mensen aan't werk op het veld
Die hadden beweging gezien en't werd aan de buurvrouw gemeld
Andre werd dan al spoedig gevonden
En werd voor straf naar zijn bed gezonden.
Zo groeide Andre voorspoedig
En werd dan ook wat overmoedig
Hij wou eens weten hoe gebraden peren zouden smaken
Die lagen onder de boom toch voor het rapen.
Met twee jonge vrienden van de buren
Wat stro en hout maakten ze vuren
Ze zaten uit het zicht in een hoekje
Achter de paardenstal juist om het hoekje.
Buurman Honore was in zijn groente aan het wieden
En kon de snaken door de haag bespieden
Gelukkig voor vaders stro en houtmijt die daar stond
En op het geroep van de buurman was moeder daar terstond.
Ze nam een emmer water uit de gracht
Want hier mocht niet lang gewacht
Daar lagen nu de gebakken peren
Zo zwart en niet meer om op te eten.
Nu was het met uw jeugd gedaan
En moest ge ook studeren gaan
Ge liet Moerkerke en je vrienden varen
En trok vol goede moed naar de collegejaren in Roeselare.
De weken vlogen zo voorbij
Dat konden we zien aan je nieuwe kledij
Want je was al in het groot seminarie
Waar je leerde over de kerkelijke liturgie.
Toen was er je wijding totpriester in de kathedraal
het zo lang verwachte, je ideaal
Je eerste Heilige Mis in uw parochiekerk
De vreugde van onze ouders het was ook hun werk
Dan ben je gegaan waar de oversten je zonden
om de mensen vergeving te geven van hun zonden
Je kon er het Heilig misoffer opdragen iedere morgen
Alsook hetparochiewerk heel graag verzorgen.
Ik wens u ook nog vele jaren
Gezellige kaartersdagen
Eens verliezen en eens winnen
Zo blijft ge jong van zinnen.
Het is tot slot goed hier samen te zijn
Vergeten we alle miserie en pijn
En dat ge nog tien jaar op deze parochie kunt leven
Dan kan er nog eens een jubilee worden gegeven
Je zuster Yvonne
MOERKERKEBRUG NOORD-OVER-DE-LIEVE (23ste en 24ste begin)
BEWONING HOEK LIEVEBERM (Noord-over-de-Lieve) EN MOERKERKEBRUG:
woonhuis op de hoek van de Lieveberm en de Moerkerkebrug. Het woonhuis nr. 1 is afgebroken.
Links in beeld het nog bestaande huis uit 1773; in het midden het huis dat in 1970 afgebroken werd en rechts Moerkerkebrug 13, waar oud-burgemeester Leopold Vermeersch woonde.
Voor de eerste twee huizen liep de Lieve die hier overbrugd werd. Na het dempen van de Lieve na 1870 werd de brug afgebroken.
Yvonne: “Rond 1900 woonde daar (afgebroken huis in het midden; n.v.d.r.) een jonkheid: Louis Meeyersman (1898-1900). Henri Roels en echtgenote Euphrasie Van Damme woonden in datzelfde huis. Henri was de knecht en Euphrasie de meid.”
Denis: “Volgens ik hoor, was dit een zeer ongewone situatie.”
Yvonne: “Maar ja, Henri sliep bij de paarden en Euphrasie...,ja... Euphrasie heeft bij het afsterven van haar baas - die al blind en doof was - alles geerfd (van Meeyersman) en dat was heel veel: het was een groot hof met goed onderhouden stallingen en veel land bij in de omgeving, alsook een achttal woonhuisjes hier op de Moerkerkebrug. Dat kwam nog goed uit ook.”
MOERKERKEBRUG ZUID-OVER-DE- LIEVE (6de begin)
WONING HUIS MOERKERKEBRUG NR. 13 (op de foto rechts)
Yvonne Steyaert, onze gids, vertelt: “Vroeger bewoond door Leopold Vermeersch, echtg. Clemence De Vos; nadien: Camiel Corneil Van Landschoot (geb. Marion, USA 1911), echtg. Gerarda Madou.
Die eigendom werd in de jaren 1920 verkocht door de erfgenamen van Leopold Vermeersch aan Honore Van Landschoot, echtg. Irma D’Haens die voor de Eerste Wereldoorlog naar Amerika getrokken waren.
Ze hadden drie kinderen, Kamiel, Alina en Cetiel, allen in Amerika geboren. Zij bewerkten in de stad Marion het land en runden een tuinbouwbedrijf. Ondermeer witloof, zo heeft Irma dat aan mij nog verteld.
Op dit ogenblik woont de weduwe Maria Lonneville-Cetiel Van Landschoot met haar zoon nog op de boerderij.
Cetiel is overleden op de avond van 17 juli 2001. Mijn man, Georges Goedgebeur, twee dagen later. Twee buren die dus met een dag verschil ter aarde werden besteld.”
Een beschrijving van een oud-burgemeester: Leopold Vermeersch uit Moerkerke. Via het familieblad ‘Kontakt’ uitgegeven door de familie Vermeersch-De Bleeker, tijdschrift nr. 75 uit 1998 en Yvonne kon ik deze synthese samenstellen.
DE FAMILIE VERMEERSCH
Naar aanleiding van het feit dat de concessies van de graven van Louis Vermeersch-Joanna Dalle (onze overgrootouders) en van de oudste zoon Leopold Vermeersch-Clemence De Vos vervallen zijn, kunnen wij enkele interessante gegevens meedelen.
Een kleindochter van Leon Deschepper uit Moerkerke, nl. Christine Cocquyt, maakte een verhandeling voor haar 1ste kandidatuur geschiedenis over een tweederangspoliticus, zoals ze zelf schrijft. Leopold Vermeersch °Moerkerke 14 april 1858 ^ Moerkerke 7 januari 1926, is begraven op het kerkhof van Moerkerke.
Ik heb de twee grafstenen nog teruggevonden.
Leopold was de oudste zoon van vader Louis Vermeersch (°1825 *f1901) en moeder Joanna (°1831 *f 1889). Leopold was landbouwer en brouwer tegelijk, maar tevens burgemeester van Moerkerke.
In het familieblad ‘Kontakt’ nr. 78 april 1996 vinden we interessante informatie (waarvan in bijlage: eedaflegging Leopold, familiegegevens uit het blad en aandacht voor de heraldiek van de familie Vermeersch: het wapenschild “CLOECK ENDE VROOM”.
Zij woonden op ’t Molentje op de boerderij waar nu Marc Van De Sompele woont. Het was een typisch Vlaams katholiek boerengezin met 10 kinderen.
Drie van zijn zussen traden in het klooster: Marie (zuster Gudula), Louise (zuster Sylvie) en de jongste Josephine (zuster Florence). Een zuster bleef ongehuwd: Mathilde (werd 99 jaar).
Een zoon werd priester: Carolus (Dom Philippus). De vijf anderen stichtten een gezin: Leopold huwde met Clemence Devos, Clemence huwde met Louis Potters, Eduard met Sylvie De Bleeker, August met Sylvie Van Wambeke en Camiel trouwde met Sylvie Dendooven.
LEOPOLD VERMEERSCH (°1858 - † 1926)
Leopold huwde met Clemence De Vos uit Maldegem toen zij respectievelijk 32 en 34 jaar oud waren. Hij werd 68 jaar, zij 66. Ze bleven kinderloos.
Leopold is zeer katholiek: hij is lid van de Broederschap van het Heilig Hart en van de Heilige Barbara.
Ze wonen op een boerderij in de Brugstraat (nu MOERKERKEBRUG) en hebben ook een brouwerij.
Het paar had een inwonende dienstknecht: Bernard Wieme (°Sleidinge) en ook dienstmeiden, waaronder een zuster van Lea Helegeer. Aan werk was daar geen gebrek.
Hij wordt voorzitter van het Armenbestuur (nu OCMW).
Bij de verkiezingen in 1908 halen de liberalen de meerderheid. Toch wordt een katholiek, Pieter Hoste, dienstdoende burgemeester.
De liberalen protesteren echter fel en kunnen verkrijgen dat Hoste aftreedt. Hun eigen voorman, Edmond Van Reybroeck, wordt dienstdoende burgemeester. Maar het provinciaal bestuur weigert Van Reybroeck als effectief burgemeester aan te stellen.
Het toeval speelt echter in de kaart van de katholieken: een van de liberale gemeenteraadsleden, Leopold Dalle, overlijdt. Elke partij heeft nu vijf leden. Het komt na heel wat moeilijkheden tot een herkiezing.
Het wordt een felle strijd. Zelfs de dorpspastoor blijft niet werkloos toezien.
Het is tenslotte de katholieke kandidaat, Leopold Vermeersch, die gekozen wordt en het provinciaal bestuur benoemt Leopold tot burgemeester.
Hij heeft het niet gemakkelijk: hij moet de eed afleggen in de handen van Edmond Van Reybroeck en die weigert. Pas na een vermaning van hogerhand zal hij toegeven.
Van Reybroeck is eerste schepen en wordt bij de parlementaire verkiezingen in 1912 gekozen als senator voor het arrondissement Brugge.
Bij het uitbreken van W.O.1 komt er plots een einde aan de politieke strubbelingen. Ondertussen is burgemeester Vermeersch gewoon lid van het Armenbestuur geworden omdat die twee posten niet te combineren zijn.
Proces-verbaal van de eedaflegging van Leopold Vermeersch als burgemeester van Moerkerke op 17 augustus 1912.
Na de oorlog, in 1921, zijn er weer verkiezingen. Van de vroeger zo felle strijd is niets meer te merken. De katholieken halen gemakkelijk de zege. Burgemeester Leopold Vermeersch kan gerust de gemeente Moerkerke besturen.
Maar vanaf 1923 blijft hij in de gemeenteraad afwezig wegens ziekte en wordt Eerste Schepen Leopold Coene de dienstdoende burgemeester.
Op 7 januari 1926 sterft de burgemeester.
(uittreksel van het familieblad ‘KONTAKT’ Vermeersch-De Bleeker april 1998 numrner 78).
Hierboven: doodsprentjes van Leopold Vermeersch en Clemence De Vos.