Herwaardering van het Devotiekruis te Maldegem
Marc De Baets
Tot 1970 werd er ieder jaar op Goede Vrijdag een optocht gehouden van de Markt van Maldegem naar het kruisbeeld aan de Koningin Astridlaan. Deze traditie verwaterde eind 20ste eeuw. De laatste jaren was het kruis zelfs zo door de natuur ‘ingepakt’ dat het overwoekerde beeld niet eens meer zichtbaar was. Er werd schande van gesproken. Gelukkig werd er ingegrepen. Sinds deze winter is het in ere hersteld.
Het kruisbeeld is dan ook niet het eerste de beste: het betonnen kruis van 2,80 m draagt een bronzen Christusbeeld van de hand van Georges Minne. Een identiek beeld staat ook voor de ingang van de basiliek van Koekelberg (zie inzet, links onderaan). De beeldhouwer Georges Minne (1866-1941) was volgens Vrij Maldegem van 25/5/1947: “een der grootste kunstenaars van onzen tijd, den om zijn kunst in den adel verheven baron Minne.” Hij maakte onder meer De Fontein de Geknielden bij de Sint-Baafskathedraal van Gent (in de volksmond gekend als de Pisserkes).
In 1939 had de Gentse vereniging “De vrienden van het Kruis” opdracht gegeven tot het Maldegemse kruisbeeld “langs de openbare weg van Maldegem naar Brugge, juist aan de samensmelting van de oude staatsbaan en de nieuwe baan die verbinding geeft naar de weg naar Knokke”, met als motivatie: c“de voortplanting der Kristene gevoelens in de streek. ” Baron Philippe de Crombrugghe de Picquendale had daartoe een perceel grond geschonken aan de Kerkfabriek van Maldegem.
Pas na de Tweede Wereldoorlog, in 1947 werd het beeld geplaatst. Bij de inwijding op 13 juli 1947 werden volgende betekenissen aan het kruis gegeven: “het kruis als enige houvast in deze decadente wereld, waar de haat zich niet meer verbergt ”, “de redding van de liefdeloze wereld die geconfronteerd wordt met de bloedrode schaduw van hamer en sikkel”,...
Vrij Maldegem prees de locatie: op een plaats van druk toerisme kan een contact verwezenlijkt worden tussen het vrome geloof van het gezond gebleven deel van de bevolking enerzijds en het voorbij hollende leven van de grootstad en wereldsheid, de soms verheidenste trekkende jeugd en het vreemd toerisme anderzijds....