Siersmeden - “De vuilste, maar de schoonste stiel die er bestaat.” (deel 2)
Denis Raman
Nog tot voor een halve eeuw telde ieder dorp in Vlaanderen een of meerdere smeden. De smidse was de aloude vertrouwde plaats waar hoefijzers, boerenalaam en zelfs huishoudelijke voorwerpen werden gesmeed.
Siersmid Fernand Vandenkerckhove aan het werk in zijn smidse in de Nieuwdorpstraat in Moerkerke.
Foto © Marc De Baets, 2007.
Het smedenambacht met Sint- Elooi als patroonheilige, was reeds gestructureerd vanaf de 12de , 13de eeuw. De ambachten waren beroepsorganisaties die instonden voor toezicht op het kwalitatief hoogstaande werk van hun leden. Het waren van de oudste ambachten en in die middeleeuwse metaalnijverheid groepeerden ze koperslagers, geelgieters, ijzeren tinbewerkers, slotenmakers, klokken- en kanonnengieters en edelsmeden.
Rond 1750 had de industriele revolutie ervoor gezorgd dat de meeste landelijke smeden zich ‘moderniseerden’ en dat o.a. ploegscharen vervaardigd werden. Hoefijzers voor de paarden en wielen van de boerenkarren kregen hun ijzeren beslag.
Tegenwoordig is de ‘algemene smid’ vrijwel verdwenen en is zijn taak overgenomen door machines. Alleen het oude beroep van hoefsmid is overgebleven. Maar er is nog werk voor siersmeden die de smidskunst voor ornamenteel werk uitoefenen voor restauratieprojecten aan bvb. historische gebouwen, aan het interieur van huizen en het buitenwerk aan tuinen en prieeltjes. Met de fotograaf Marc aan mijn zijde bezochten we een heuse sierkunstsmid in de Nieuwdorpstraat te Moerkerke: Fernand Vandenkerckhove. Fernand, (° 3 april 1933), gehuwd in 1956 met Jacqueline Helegeer, gezegend met twee dochters, beleeft zijn formidabele hobby met hart en ziel. Grootvader Gustaaf uit Sint-Andries en nadien zijn vader Edgard, beoefenden de stiel van smid. (zie ons artikel in het decembernummer van 2007).
Denis: “Bent u fier op uw werk of is dat voor u een opdracht als een andere”?
Fernand toont triomfantelijk zijn gevlochten ‘vrijehandsknoop’ uit een stuk, de roosjes die in het vuur zijn gelast, de sleutelplaat van een piratenkoffer die je met een sleutel kan openen, een hangende klok,...
Denis: “ Al smedend wordt men smid”.
Vallen en opstaan, al doende leert men, maar.’t moet in de familie zitten. Sla met de hamer op het aambeeld en ‘k zal zeggen of ge smid wordt of niet. Het duurt een aantal jaren voor je het materiaal en de techniek in de hand hebt. En pas dan ben je vrij om te doen wat je wilt”.
Denis: “ Heeft u een lievelingshamer”?
-Ja, ik heb een vaste hamer. ‘t Is belangrijk dat de steel goed in de hand ligt. Je vingers moeten de steel precies omsluiten, anders zet je minder kracht op de hamer. Smeden doe je met een slagtechniek. Je mag geen moeite doen om de hamer te gebruiken, je moet hem van boven naar beneden halen, en hem in kadans omhoog laten gaan, anders is het te vermoeiend zijn. Je moet de hamer het werk laten doen en het ritme is daarbij zeer belangrijk”.
Denis: “van de smederij gaat ook een romantische aantrekkingskracht uit. Smeden spelen heldenrollen in ridderverhalen: kerkers, foltertuigen, kasteelpoorten, brandkoffers”,...
-“Ik raakte toch vooral gei'ntrigeerd door wat mijn vader uit metaal kon scheppen. Dat wou ik ook doen, iets met mijn eigen handen maken. Maar ik heb het al gezegd, voor je jouw ding kan doen, voor je met ‘kunstsmederij gevoelens kunt uitdrukken, is het vooreerst nodig een grondige kennis van de stiel te verwerven.
Kunstsmid Fernand Vandenkerckhove heeft een leemte in het Damse museum Sint-Janshospitaal opgevuld. Hij maakte een replica van een negentiende-eeuwse schuimspaan die enkele jaren geleden werd gestolen. Het stuk heeft een 20 centimeter grote koperen schep met daarin een zevenpuntige ster en een 35 centimeter lange steel.
Foto’s © Marc De Baets, 2007
Denis: “Is een replica even mooi als het originele”?
Het koper vertoont natuurlijk niet dezelfde slijtageverschijnselen als het oorspronkelijke stuk, maar voor de rest is het een heel getrouwe kopie. Het stuk vervoegt momenteel de verzameling van het Sint - Janshospitaal”.
Denis: “ Fernand, mogen we een kijkje in jouw museum”? (Fernand leidt ons ondertussen rond in de rijk gevulde ruimte, terwijl de fotograaf de mooiste kiekjes maakt).
-“Ik heb woorden tekort om mijn passie voor het smeden uit te bazuinen. Ook mijn dochter Danielle deelt die gedrevenheid. Het gebeurt wel eens dat ik ‘iets’ maak voor haar en als... het nogal rap aanslaat dan krijg ik haar appreciatie”.
Verwonderd, maar voldaan danken we Fernand van harte voor al het moois dat we in de Nieuwdorpstraat te Moerkerke mochten beleven.