☰ Extra

Dicke Luft ... nabij de Leopoldsvaart (2) Oorlogsdagboeknotities 1944

Roger Morre

Dinsdag 05 September

De dag begon met de vaststelling: gans Platheule "zit zonder elektriek".

Voor vader betekende dat: gedaan met het beluisteren van het dagelijks BBC nieuws-halfuurtje bij buurtbewoner Alfons Caere, met wie hij in mei 1940 terug onder de wapens geroepen werd en daarna als krijgsgevangene in Duitsland tot begin 1941 lief en leed had gedeeld. In de loop van de namiddag bereikte ons het zwaar teleurstellend nieuws: “Brugge is nog steeds in handen van de Duitsers. Dat de Wit­te Brigade gisteren met tanks doorheen de stad reed en al het overige, is pure kletspraat.".

Het scheen dat heel wat Bruggelingen kort na de middag weet hadden van het feit dat Brussel was bevrijd. In de mening dat ze binnen hooguit 'n paar uurtjes de bevrijdingstroepen zouden kunnen verwelkomen en toejuichen, begaven vurige vaderlanders zich al te vroegtijdig op straat met de tijding: "De bevrijders zijn in aantocht!" Als een lopend vuurtje verspreidde deze mededeling zich in de stad. Met het onvermijdelijk gevolg dat Duitse militairen -waaronder SS-ersin het straatbeeld verschenen. Zij zouden burgers hebben opgepakt rond of op de Markt. In aanpalende straten zouden bevlagde huizen beschoten zijn. Niet enkel in Brugge werden vlaggen in allerijl binnengehaald, ook in Moerkerke werden ze met haastige spoed terug opgeborgen.

De "Tommies" zijn hier dus nog niet te bespeuren. Maar dat ze naderen, kunnen we opmaken uit het heftiger klinkend oorlogsrumoer. En uit de gedragingen van sommige Wehrmachtsoldaten, zoals we later in de namiddag zouden opmerken toen ordeloze groepjes Duitsers voorbijstapten. Komend uit de richting Moerkerke, trokken ze Oostkerkewaarts, wat we een ongewone marsroute vonden. Enkelen gingen gebukt onder zware rugzakken, anderen zeulden met houten munitiekistjes, nog anderen droegen metalen koffers. Vaak hielden zij halt om even uit te blazen. Er waren echter ook soldaten die een betere manier vonden om hun tocht minder lastig te maken. Ze bleven een beetje talmen en zodra ze zekerheid hadden dat niemand in hun richting keek, wierpen ze hun hinderende "bagage" vliegensvlug in de Leopoldsvaart. Enkelen lieten zelfs hun helm volgen die na enkele ogenblikken naar de dieperik zonk. Mijn broer Andre en ik slaagden er tijdens de vooravond in een paar rugzakken, bedekt met paardenhaar, uit het water op te vissen en stelden vast dat ze vol etenswaren staken. Jammer genoeg was veel ervan doorweekt en onbruikbaar geworden, behalve de conservenblikken die vlees, vet en reuzel bevatten. Daar legden we dan ook heel dankbaar beslag op.

Minder geluk hadden we met twee houten kisten die we langs de oever gevonden hadden. Met een breekijzer werden ze geopend. We schrokken toen we zagen dat de inhoud bestond uit steelhandgranaten, bekend als "patattestampers", keurig in rijen gestapeld. De kisten werden snel weer dichtgemaakt en plonsden even later met hun moordende inhoud in de vaart. Van deze oorlogstuigen zou alvast geen gebruik meer worden gemaakt!

Woensdag 06 September

In de voormiddag waren nogal wat R.A.F.-jagers in het luchtruim actief. Het geblaf van Flakgeschut was nu en dan te horen. Reeds meerdere weken was er geen enkel Duits gevechtsvliegtuig te zien. Volgens sommigen : "Een duidelijke aanwijzing dat de Luftwaffe hier niet veel meer in de pap te brokken heeft."

In de kuststreek stegen bijna voortdurend rookwolken op en waren heel wat explosies te horen. Ondanks veel regenval bleef het Duits vernielingswerk onverminderd aan de gang. Voor hoelang nog?

Donderdag 07 September

't Was miserabel weer. In de namiddag stak vanuit het zeegat de wind op en een zware storm brak los.

Rond vier uur kwam Andre, de oudste zoon van landbouwer en Dams burgemeester Gustaaf Van De Ryse bij ons aankloppen en vroeg dringend om hulp bij het versterken van de afdamming. Die was tijdens het voorjaar rondom hun hoeve en stallingen langs de buitendijk van de Schipdonkse vaart aangelegd als bescherming tegen watersnood toen de bezetter kort nadien het bevel uitvaardigde tot het onder water zetten van het grondgebied van Moerkerke en Damme.

Nu beukten de golven tegen de damflanken zodat het gevaar dat er bressen ontstonden verre van denkbeeldig was.

Tegen de felle stormwind in begaf ik mij op weg. Bij de Platheulebrug gekomen, zag ik iets vreemds gebeuren. Voor alle duidelijkheid is enige voorafgaande uitleg op zijn plaats:

In maart werd, alweer op Duits bevel, aan de houten noodbrug over de ganse breedte van de Leopoldsvaart een afdamming geslagen die uit stalen panelen bestond. De werken werden uitgevoerd aan de brugzijde richting 't Molentje-Moerkerke.

In een onbewoonde hoeve nabij de brug vonden dertien Duitse soldaten inkwartiering en ze werden belast met de brugbewaking. Schildwachten die gehelmd en met geladen geweer langzaam over de brug heen en weer stapten, de klok rond, werden voor ons vertrouwde beelden. Ook stonden zij in voor nachtelijke patrouilles per fiets langs de Leopoldsvaart en hielden ze toezicht op de naleving van de avondklok. Want zonder vergunning mocht geen sterveling zich na tweeentwintig uur nog op straat vertonen. De bewaking van de "Platheulebrugdam" werd dus grondig uitgevoerd. Na korte tijd von­den bijkomende werken plaats om eventuele sabotagepogingen te bemoeilijken. Op ongeveer vier meter voor de dam werd in de Leo­poldsvaart, van oever tot oever, een rechtlijnige barricade gelegd, bestaande uit lange, zwartgeteerde balken waaraan netten van cirkelvormig gevlochten ijzerdraad werden bevestigd. Schuin gespannen boven de dampanelen uit, waren de netten onderaan de brugleuning degelijk vastgespijkerd.

De dam, twee meter diep in de bodem van de vaart geheid, diende om de waterafvoer naar zee (sassen van Heist) af te stoppen. Het gevolg was dat de waterstand stroomopwaarts van de dam ruim tachtig centi­meter hoger kwam dan stroomafwaarts ervan.

Tot zover de bijkomende uitleg.

Het vreemde dat ik nu aan de Platheulebrugdam met verbazing vaststelde, was dat het water buiten de afdamming -aan de kant van Heist dusmeer dan anderhalve meter hoger stond dan erbinnen. En het water bleef maar stijgen. Het stuwde met kracht tegen de dam die dreigde te begeven; en waarlijk, dit gebeurde. Doch in zijn val sleurde hij ook de draadoverspanning mee, terwijl de brugleuning volledig afbrak en in de kolkende watermassa viel. Het leek wel een kleine waterval - bruisend, spattend en ziedend schuimend!

Platheulenaar Alfons Caere, eveneens op weg naar de hoeve Gustaaf Van De Ryse om hulp te bieden, was ook getuige van het hele gebeu­ren. Hij wendde zich tot een der zeer onthutste schildwachten met de vraag in hoeveel tijd het water zo hoog gerezen was.

"Innerhalb einer halben Stunde” antwoordde de soldaat tot onze verbijstering. In minder dan een half uur!

Enkele burgers die langs kwamen, beweerden te weten dat de sassen te Heist met ladingen springstof totaal vernietigd waren zodat het binnenstromend zeewater vrij spel had gekregen. Anderen zagen de stormwind en het springtij als oorzaak van het onstuimig rijzend wa­ter. "Foentje" Caere vond het geraadzamer terug huiswaarts te keren in plaats van zich naar de hofstede Gustaaf Van De Ryse te begeven. "De brug mocht eens wegspoelen terwijl we erover zijn", zei hij waarschuwend en wees naar de woest tekeergaande watermassa.

Ik volgde zijn raad op en keerde eveneens op mijn stappen terug. Rekening houdend met het snel stijgend waterpeil in de Leopoldsvaart, wordt gehoopt dat, aan de zijde van de watergang het Geleed, de twee zware sluisdeuren, reeds sinds de lente neergelaten, aan de verhoogde stuw zullen weerstaan. Zoniet dreigt het ettelijke hectaren groot landschap dat zich uitstrekt tot in Lapscheure en Moerkerke onder te lopen. Waterellende in oorlogstijd... Het deed denken aan de verschrikkingen in de Westhoek tijdens Wereldoorlog I. Het is een schrikbeeld dat de afgelopen maanden steeds groter is geworden.

Bij valavond verloor de stormwind aan kracht. Een gezellige avond werd het evenwel niet, want zoals bij de overige Platheulenaars, was ook bij ons de elektrische stroom uitgevallen.

In de loop van de nacht werden wij vaak uit onze slaap opgeschrikt door hevige explosies.

(wordt vervolgd)

Dicke Luft ... nabij de Leopoldsvaart (2) Oorlogsdagboeknotities 1944

Roger Morre

't Zwin Rechteroever
2007
04
180-183
BV
2025-02-03 11:41:23