☰ Extra

Verhalen uit de Tweede W.O.

(getuigenissen van Maurits Van Damme te Moerkerke, opgenomen en naverteld door Denis Raman)

Verhaal 1:

Op 11 september 1944 komen de Canadezen in Moerkerke aan om het offensief tegen de Duitsers in te zetten. Per fiets rijdt Maurits langs het kasteel van Altena. Het verhaal speelt zich af op de boerderij naast het kasteel.

Vier gewapende Franse boeren zijn de Duitsers gevolgd vanuit 'de Normandie' omdat de vijand hun paarden had opgeëist. Die vier Fransen zaten in de keuken van boer Coene. De boer had die avond omstreeks 18 uur zijn koeien naar de stal gebracht en de boerin maakte aanstalten om te melken wanneer plotseling twee tot de tanden gewapende Duitsers binnenvielen en burgerkledij eisten. De boer en zijn vrouw dachten dat de Duitsers uit Moerkerke vertrokken waren. Dat bleek dus niet zo te zijn. Marie twijfelt geen moment en spoedt zich naar de woning om kleren te halen. Ze verhaalt aan de Franse boeren dat er twee Duitsers in de stallingen zijn. Onmiddellijk organiseren zij zich en nemen de twee Duitse soldaten gevangen. Ze worden ontwapend en worden geboeid met de handen op de rug. Wat een formidabel geluk.

Op het ogenblik dat de Fransen hun gevangenen wegbrengen langs de Altenaweg komt Maurits ter plaatse. Hij fungeert als tolk. Het blijkt dat de Duitsers in de overtuiging zijn dat ze zullen gefusilleerd worden. Maar ze worden aan het commando in Sijsele overgedragen.

Verhaal 2:

Enkele dagen voor de landing van de geallieerden op 6 juni 1944:

De Moerkerkse bevolking werd onder bevel van de Duitse legerleiding opgeëist om een dijk tegen het water te bouwen. De sluizen van de vaart waren opengezet en hele landerijen werden overstroomd. De dijk liep vanaf Molentjesbrug, achter de huizen van Van Moeffaert, Van Poucke (De Carina) - parallel met de Vissersstraat, Van Biervliet (nu dokter Hutsebaut) - Oude Pastoriestraat, boerderij Karel Cherlet - Weststraat, boerderij Van Damme, tot aan het dorp Vivenkapelle.

Hoe werd de dijk geconstrueerd?
Eerst werd er gedolven, dan werd een plateau gebouwd van één meter; daarnaast werd de grond opgehoogd en werden paarden ingezet om de aarde vast te trappelen.

Wat deed Maurits tijdens de oorlogstoestand in Moerkerke?

Maurits Van Damme zat overdag ondergedoken op boerderijen in het overstroomde gebied langs de Legeweg. Alleen 's avonds waagde hij het om naar huis te gaan. Uit het water, door de beken, over de dijk... Maar zoals in elk verhaal gebeurde er totaal iets onverwachts.
Plots kreeg hij een mitrailleur tegen de borst gestoten en stond oog in oog met een Duitse colonne van de SS.
"Hallt, wie bist du?" Maurits: "Ich bin der Bauer, ist etwas neues?"
"Jahwohl, wir haben das neuesten Springstofmittel; wir komen aus Joegoslavien : gegen Tito und die Partizanen."
De Duitsers waren dolgelukkig dat zij uit Joegoslavië waren teruggekeerd, aldus onze verteller.
Maurits: "Ik ben niet meer over de dijk gegaan, maar wel behoedzaam naar d'hofstede van Dolf Couchuyt geslopen. Daar in de paardenstal, op de hooizolder, daar heb ik die nacht geslapen. 's Anderendaags vernam ik dat de SS'ers vertrokken waren. Naar de Normandie?"

Verhaal 3:

Situatie: Dorpstraat (nu Kasteelstraat) te Moerkerke.
Tussen 6 en 11 september 1944 kwamen er twee Duitsers naar de herberg van Jules Vermeersch ('t Oud Gemeentehuis). Alle boeren uit de omgeving waren bevolen om aardappelen aan de bezetter te leveren. Zo verging het boer Dolf Couchuyt ook. Dolf, een slanke grote man, zwaaide 'met armen en benen' wanneer hij aan het vertellen ging: "Maurits, ik ben een oude man, de Duitsers zullen me geen 'zere' meer doen. 't Is hier al zoveel 't mijne of 't jouwe."

Dolf wordt dus aangemaand om 75 kg 'kartoffelen' te leveren. Dolf had slechts één emmer aardappelen in voorraad en zou dus nog moeten rooien om aan de kilo's te geraken. "Hij legt het probleem met handen en voeten aan de Duitsers uit waarom hij slechts één emmer aardappelen bij zich heeft, maar de twee Duitsers hebben het zo niet begrepen. Ze denken dat ze bespot worden en nemen Dolf bij de schouders, en 'doppen' hem in het kleine kamerije(bureau) links.Ze duwen de boer op zijn knieën en met de handen op het hoofd, geven ze Dolf nog een paar stampen in z'n achterste en de oude man zit daar..."

Ondertussen is het kwart voor één geworden en alle boeren zijn aanwezig in het café.
Duitser tot Dolf :"Heraus mit diesem Mann, nach den Bahnhof !"

Maurits: Ondertussen had men de chef van de gendarmerie Craceker verwittigd en die kwam vergezeld met nog een collega de situatie bekijken. De twee gendarmes kregen bevel om Dolf naar het station van Donk te brengen waar een trein om twee uur zou aankomen.
De trein kwam niet om twee uur, ook niet om drie uur. De chef van het station bevestigde dat de trein door Engelse vliegtuigen aangevallen en gemitrailleerd werd in het station van Bredene.

Het was al avond toen chef Craceker met Dolf Couchuyt naar huis heel voorzichtig terugkeerde. Wellicht zullen de Duitsers morgenochtend vertrokken zijn, opperden de twee. Inderdaad, de bezetter was naar Westkapelle versast om daar ook 'kartoffelen' op te eisen.
Craceker tot Dolf: "Dolf, blijf in je huis en toon je aan niemand". De boer heeft nadien niets meer van de twee Duitsers gehoord.

Verhalen uit de Tweede W.O.

Denis Raman

't Zwin Rechteroever
2004
04
009-011
BV
2025-01-26 16:01:12