☰ Extra

Een pauselijk zegel uit Moerkerkse bodem

Philip De Busscher & Nikolay Holthoff

Zoals men onderhand wel weet, beschikt onze heemkundige kring over een degelijk uitgewerkte cel archeologie en metaaldetectie. In dit artikel bespreken we weer een eeuwenoude vondst uit de rijke Moerkerkse bodem. In 2018 vonden we op de grens met Maldegem in de buurt van de voormalige abdij Zoetendaele een loden plaatje van 39.7 gram met een diameter van 38 mm. Op de ene zijde staat INNOCENTIUS PP VIII en op de andere zij­de twee mannenhoofden. Na enig speurwerk bleek het om niet minder te gaan dan een bulla of zegel van paus Innocentius VIII.

Een zegel of een bulla werd altijd via een mooi versierd touw of lint aan een pauselijke bulle of oorkonde bevestigd! Het perkamenten document is verdwenen, maar de metaaldetector heeft het loden plaatje, de bulla, teruggevonden. Een bulla was oorspronkelijk in was vervaardigd, en in latere perioden in steviger materiaal zoals in lood. De eerste loden zegels of bulla zien we verschijnen tijdens het pontificaat (ambtsuitoefening) van paus Agapitos in de 6de eeuw. Het doel van pauselijke bullen met zegels of bulla waren uiteraard boodschappen exclusief voor kerken, bisschoppen en kloosters.

2025 01 22 103427Voorbeeld van de manier waarop een bulla werd vast-gemaakt aan een perkament (eigen verzameling)

Afbeeldingen op de Bulla

Tijdens het pontificaat van paus Gregorius VII (1073-1085) krijgt de bulla het klassieke uitzicht dat we als archeologen het beste kennen. De hoofden van de apostelen Petrus en Paulus verschenen ". De bulla was immers het echtheidsteken voor de pauseijke bul.immers op de Bulla. Dit zou 750 jaar lang onveranderd blijven. Paulus links en Petrus rechts met erboven de letters SPASPE. Dit is een afkor-ting van Sanctus Paulus Apostulus Sanctus Petrus Episcopus. Vertaald staat er dan: heilige apostel Paulus en heilige bisschop Petrus.

Later kwamen er toch enkele wijzigingen in de af-beeldingen op de bulla. Paus Urbanus II (1088-1099), bekend voor zijn oproep tot de kruistochten, laat immers de hoofden van de apostelen weg. Hiervoor in de plaats komen alleen hun namen.

Na het pontificaat van Urbanus II wordt de bulla opnieuw voorzien van de apostelhoofden en gaat deze uitvoering door tot circa 1850. Soms komen ook de letters SS op een bulla voor. Ze staan voor subscripsit. Dit betekent "heeft ondertekend”.

2025 01 22 104624Van de Moerkerkse bulla (boven) is de bovenkant afgebroken. Daardoor zijn de letters SPASPE verdwenen. Hieronder een afgietsel van een beter bewaarde bulla van paus Gregorius VIII met SPASPE.2025 01 22 104652

Paus Innocentius VIII

De bulla behoorde toe aan paus Innocentius VIII, geboren als Giovanni Battista Cibo (Genua, 1432 - Ro­me, 25 juli 1492). Hij werd op 29 augustus 1484 tot de 213e paus gekroond. Zijn naam is verbonden aan de instelling van de heksenvervolging. Van deze paus die de opvolger was van Sixtus IV was geweten dat hij eerst de precaire financiele toestand in het Vaticaan moest oplossen. Hij moest daarvoor de ene keer zijn mijter dan weer zijn ‘tiara’ in onderpand geven bij Romeinse bankiers! Innocentius was al zeker niet hervormingsgezind en blies de heksenvervolgingen nieuw leven in. In 1484 gaf hij met zijn bul Summis desiderantes affectibus goedkeuring aan strenge maatregelen tegen personen die beschuldigd werden van magie en hekserij. De bul richtte zich aanvankelijk vooral op de Duitse situatie. Deze bul was voor Innocentius VIII een noodzaak, omdat Inquisiteurs hem hadden gerapporteerd, dat zij veel weerstand ondervonden in de vervolging van de heksen en magiers. Zowel de lokale clerus als de wereldlijke leiders in Duitsland verzetten zich hevig tegen deze vervolgingspraktijken van de Inquisitie. Naar aanleiding van deze bul schreven de Duitse dominicanen en inquisiteurs, Heinrich Istitoris en Jacob Sprenger, in hun Malleus maleficarum (bekend geworden als ‘de Heksenhamer’) uit 1487 alle toegestane middelen, waarmee voornamelijk vrouwen gefolterd mochten worden die beschuldigd werden van praktijken die verbonden waren met de duivel. Innocentius VIII bleef daarnaast ambten verkopen aan de meestbiedenden en dit waren niet bepaald de armen! Ook had hij verschillende kinderen, die later ook weer topfuncties zouden uitoefenen in het Renaissan­ce Italie (sommige bronnen spreken 14 andere bronnen spreken van 26)!

De Zoetendaleabdij

Naar wat er op de bul stond waaraan de bulla die we vonden hing, hebben we het raden. Mogelijk was ze eigendom van het klooster van Zoetendale, want het zegel werd in de buurt gevonden. In 1215 tekende gravin Johanna van Constantinopel in 1215 de stichtingsakte van het klooster van Zoetendale, De monniken kregen een hoevetje en een uitgebreid stuk woeste, onontgonnen grond in een uithoek van drie parochies: Heille (NL), Maldegem en Moerkerke. Enerzijds dus erg verlaten, anderzijds toch toegankelijk want het kloosterbeluik van Zoetendale lag zo’n 400m ten zuiden van de Brieversweg.

Een halve eeuw na de stichting had de abdij minstens 250 ha verworven, merendeel via schenkingen. De monniken beloonden de schenkers met te bidden voor hun zielenheil. De gronden lagen rondom het klooster en vooral ten noorden, in de pol­ders en in de Moer van Aardenburg, waar de veengronden in de 13de eeuw volop werden droog getrokken. Veen of moer is rijk aan onverteerde plantenresten en gedroogd tot turf werd het verkocht als brandstof. Moerontginning was big business en een grote bron van inkomsten voor Zoetendale. In de 13de eeuw was de Zoetendaleabdij jong en dynamisch, maar in de late middeleeuwen, en dus ook toen Innocentius VIII zijn bul schreef en er zijn zegel aan hing, leefden de monniken niet meer volgens hun strenge regel. Ze bleven in hun bed liggen i.p.v. voor zonsopgang op te staan om de metten te zingen. Er waren nog andere wantoestanden, met drank en vrouwen, aldus prof. Mingroot, die het boek schreef over Zoetendale. Tijdens het Protes­tants Bewind (1579-1584) vielen geuzenbendes Zoetendale en andere kloosters aan. De monniken zochten hun toevlucht in Brugge, maar dat was niet de reden van het verdwijnen van Zoetendale. De paus schafte in 1584 de abdij - met haar kwalijke reputatie - af op vraag van de bisschop van Brugge. Hij gaf hun bezittingen (minstens 400ha) aan de nieuwe Jezui'etenorde, om een college op te richten en via het onderwijs het protestantisme te bestrijden. De Jezuieten vestigden zich niet in Zoetenda­le, maar beheerden vanuit Brugge de landerijen, die ze - te oordelen naar de Ferrariskaart uit 1777 - intensief bebosten. In 1773 schafte de paus ook de Jezui'etenorde af. Vele bossen werden gerooid, maar tussen Moerkerke en Donk resten nog enkele prachtige eikendreven. Die danken we dus aan de Jezuieten.

Bronnen

Een pauselijk zegel uit Moerkerkse bodem

Philip De Busscher & Nikolay Holthoff

't Zwin Rechteroever
2019
01
002-004
BV
2025-01-22 14:46:04