☰ Extra

Prospectie in en rond het voormalige Sareptaklooster te Moerkerke

Nicolay Holthoff

Bemerkingen bij de historische schuur die zich naast de motte bevindt.

A. Bij het bekijken van het muurwerk kan het volgende vastgesteld worden:

a. de twee zijgevels aan de noordzijde en zuidzijde dateren van de 16de eeuw;

b. er is weinig recuperatiemateriaal aanwezig; enkel in de zuidelijke gevel is recuperatiemateriaal aanwezig;

c. door enkele latere verbouwingen bevind zich in de hoek een zware gekapte hoeksteen 'petit granit' afkomstig uit Quenast of Ecaussinnes.

d. de periode van dit type stenen is ofwel vroegmiddeleeuws of na de 18de eeuw; in de periode er tussen werden dit type stenen niet gebruikt; de gebakken stenen die met Doornikse kalkcement op elkaar gemetst werden, zijn respectievelijk kust - aardewerk, te herkennen aan de gele kleur en soms met een laagje zoutglazuur (te hard gebakken); dat wil dus zeggen dat de stenen ter plaatse gebakken zijn; de Scheldesteen is te herkennen aan de oranje kleur; die zijn meestal zacht gebakken; alle stenen zijn van een type dat voorkwam in de 16 en 17de eeuw; ze worden dan ook Spaanse moefen genoemd.

e. anders is het gesteld met de oostelijke gevel die naar de Sareptastraat gericht is; van deze muur is slechts een klein gedeelte bewaard; in dit bewaarde gedeelte bevindt zich een mooi vierkante schrobgat waar wel de natuurstenen afloop ontbreekt.

f. de westelijke gevel die naar de motte is gericht, is, afgezien van de latere uitgevoerde verbouwingen, nog intact.

g. de schuur had tijdens de bouw langwerpige verticale spleten als verlichting; na de heropbouw van de schuur (na de Geuzenberoerten), kwam er aan de rechterzijde een raam dat ruw uitgekapt werd, maar met karreelstenen mooi afgewerkt is; dit raam werd in een latere periode dicht gemetst en in het hele gebouw kwamen vierkante ramen.

B. Aan de binnenzijde bevinden zich een tiental houten draagbalken waarvan negen in eik; deze zijn door een vakman mooi afgewerkt; één draagbalk is van olm of beuk.

C. De dakconstructie van de schuur is ooit beschadigd of gewijzigd. Bewijs daarvan zijn de Romeinse letters op de balken: vii rechts en iiv links; elke balk van het gebinte droeg een eigen cijfer. Nu zijn alle cijfers kris kras door elkaar gehaspeld. De conclusie kan zijn dat de middenkant van de schuur samen met een deel van het gebinte ooit vernietigd is geweest en dat de twee zijgevels zijn blijven staan, waarna de schuur met dezelfde stenen is heropgebouwd, ook met balken afkomstig van de (verdwenen) kloostergebouwen. Veel 'petit granit' van het klooster is gebruikt voor het afboorden van de kasseien evenals veel gekapte witsteen uit Balegem (bij Oudenaarde).

De schuur is in verregaande staat van verval en zou moeten gerestaureerd worden.

Prospectie in en rond het voormalige Sareptaklooster te Moerkerke

Nicolay Holthoff

't Zwin Rechteroever
2002
04
008-009
BV
2025-01-22 16:06:37