De spoorweg in Sijsele (75 jaar NMBS in België)

De spoorweg in Sijsele (75 jaar NMBS in België)

Romain Verniest

35 jaar geleden reed de laatste goederentrein op ons spoor (lijn 58)

Deze spoorlijn tussen Brugge Eeklo Gent zou rond 1863 aangelegd zijn.

Het laatste personenvervoer gebeurde in februari 1959 met het dieselbusje of "kamielke" genoemd. Paula Van de Velde die veertien jaar barrierdraaister is geweest aan de Bogaardestraat te Maldegem herinnert zich nog goed die bewuste avond. Het was rond tien uur toen het kamielke vanuit Maldegem vertrok naar Brugge. Voor die laatste keer had ze toelating gekregen om enkele voetzoekers op het spoor te leggen als afscheid. Voor Paula betekende dit ook het einde van haar job.

Wat het goederenvervoer betreft was er nog een regelmatige trafiek van en naar de kazerne in Sijsele en dit tot maart 1963. Vanaf dan was er iedere woensdag nog een verzending per spoor naar de provincie Luxemburg.

In 1966 verdween, met het wegvallen van de stoommachines in België, ook het laatste goederentransport per spoor naar het Kwartier Sergeant Baron André Gilles de Pellichy, de naam die de kazerne kreeg vanaf 21 oktober 1964.

Stationschefs in Sijsele

Onze laatste chef was Gaston Vandedrinck. Hij was hier in dienst van 1946 tot 1966. Voor hem hadden we Van Belle, Louis Van Oost en Van Fracom. De barriedraaisers aan het station waren onder andere Pierre Bonte en Hilaire Cherlet.

Spoorwegoverwegen in Sijsele

Gentse Steenweg (sanatorium)

Eerst waren het barrieres die toegedraaid werden, later werden ze vervangen door slagbomen. Eén van de bedieners was Gustaf Vanden Abeele.

Bolakkerstraat

Eerst waren daar slagbomen, later werd die overweg onbewaakt. Het spoorweghuis staat er nu nog.

Rostunestraat

Eerst waren het barrieres die toegedraaid werden, later werd die overweg onbewaakt. De bediening werd gedaan door Andrea Hinneman. Zij stond ook in voor het lichtsein die stond aan het bosje van de familie Desoete. Zij moest het sein aansteken, uitdoen en bijvullen met petrolium.

Zwaanstraat

Eerst waren er slagbomen. In die periode (omstreeks 1920) stond er ook een wachthuisje voor de barrierdraaier. Dat waren toen Karel VandenAbeele, Alice Timmerman en haar zuster. Later werd die overgang onbewaakt. Zoals bij iedere onbewaakte overweg minderde de trein zijn vaart en werd een fluitsignaal gegeven. Er stond ook een petroliumlantaarn met rode glazen aan de straatzijde. Die werd 's avonds aangestoken en de volgende morgen weer uitgedaan. Die taak werd gedaan door Maurits Corthals, echtgenoot van Andrea Hinneman.

Molenstraat

De Molenstraat was vroeger een "kerkweg" of "lijkweg". Er stond ter hoogte van de overweg een dwarsbalk over de weg die alleen voor een begrafenisstoet openging. Later werd die kerkweg een openbare weg met een onbewaakte overweg.

Nieuwe Weg

Daar waren er slagbomen. Zij werden bediend vanaf het station van Sijsele. Ook werd er een bel bediend die drie maal rinkelde voordat de slagbomen neergelaten werden.

Zwinstraat

Ook daar waren er slagbomen.

Bruggesteenweg

Eerst waren het barrieres die toegedraaid werden. Later werden ze vervangen door slagbomen. De bedieners waren Piot, Caesar Ingels (1920), Edward Pollet, Raymond Beke en Frederik Pollet.