Portret van Pieter Seghers : brugdraaier, schoenmaker, grafdelver, gelegenheidsdichter en verwoed visser te Damme
Geert van Poucke
Damme telde vroeger veel kleurrijke figuren. Jammer dat de authentieke Dammenaar uitsterft. Mensen zoals Pier Seghers vindt men in deze op geld, macht en status beluste maatschappij niet meer.
Petrus Paulus Seghers is geboren te Damme op 29 januari 1893, als zoon van Pieter Seghers en Eugenie Claerebout. Zijn vader, afkomstig van Brugge, was schoenmaker en woonde in de Burgstraat in het nu nog bestaande huis op de hoek, schuin tegenover de pastorij. Na zijn schooljaren bij meester Philip Vandenberghe hielp Pieter zijn vader in de schoenmakersstiel. 's Zondags verkocht hij dan nog gazetten om een cent bij te verdienen. Op zestienjarige leeftijd werd Pieter "knorredrager" of "roededrager" in de kerk te Damme. De roededrager, gehuld in een lang zwart kleed, was ceremoniemeester in het koor gedurende de goddelijke diensten, en droeg een roede als teken van zijn waardigheid.
Gedurende een korte periode was Pieter kerkbediende, want de eerste zondag van november 1913 volgde Rochus Watelle hem op als allerlaatste roededrager. Pier Seghers werd achttien jaar en facteur. Het postkantoor bevond zich dan links van het huis "De Grote Sterre", waar nu de smulkroeg "Ter Kloeffie" gevestigd is. De postmeesteres liet haar oog vallen op de jonge Pier die liever met Sylvie Baute een liefdesavontuur begon. Van pure jaloezie begon ze hem te pesten, ze maakte Pier vuil bij de pastoor en dwong hem om klachten te tekenen. Uiteindelijk werd de postmeesteres overgeplaatst naar Wulveringem. In 1916 vluchtte Pier naar zijn schoonbroer te Koolkerke, die geveld was door kanker. Hij bleef daar anderhalf jaar totdat zijn zuster een andere partner had gevonden.
Dan vinden we Pier terug op het kasteeldomein te Koolkerke bij baron Pol Caloen om er te werken als boer. Zijn grootste passie was vissen in de kasteelvijver. Door burgemeester Jules Braet werd hij als onder kwartiermeester aangesteld in de laatste jaren van de Eerste Wereldoorlog. In 1918 trouwde Pier met zijn Sylvie. De oorlog woedde nog in alle hevigheid en er moest geld op tafel komen. Overdag werkte hij in de kwartieren om dan 's nachts op de schoenmakersstoel te zitten. Het eerste kind werd geboren in 1919. Pier woonde nadien in "Café Français", op de hoek van de Kerkstraat en de Speystraat, waar hij zijn kunsten op de biljart toonde.
In 1921 volgde de benoeming van Pier Seghers tot brugdraaier te Hoeke. Hij verbleef er vijftien jaar en werkte dag en nacht als schoenmaker. In die tijd bestonden er nog geen sociale voorzieningen en de kindermaagjes moesten voortdurend gevuld worden. Van Hoeke terug naar Damme om hetzelfde ambt te bekleden. In al die jaren was Pier Seghers één van de beste vissers van de Damse Vaart. Hij dronk ook gaarne een stevige pint in de plaatselijke herbergen. Iedereen kende de brugdraaier die langs de Zuidvaartdijk woonde.
Het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog zette terug een domper op het gezinsleven. Pier maakte brood van alle soorten graan om de honger te stillen van vrouw en kinderen. Door het Provinciaal Bestuur werd Pier aangesteld als kantonnier langs de Damse Vaart voor drie jaar. Er heerste armoede in het gezin. Er kwam te weinig eten op tafel. De laatste centen gingen naar de dokter. En tot overmaat van ramp, verloor Pier zijn zoon Alois. Hij werd in de nacht van 17 maart 1944 uit zijn bed gesleept door de Duitse Gestapo. Nooit heeft Pier zijn zoon nog teruggezien. Hij stierf op 24 april 1945 bij het binnenrijden van het dorpje Zihle in Tsjechoslowakije. Sylvie Baute hield er een hartzieke aan over en is van verdriet op 7 januari 1958 gestorven. Dezelfde Pier Seghers was ook nog vijftien jaar grafmaker. Hij gaf zijn ontslag in dichtvorm in 1958 wegens moeilijkheden met het gemeentebestuur. Als gelegenheidsdichter hield hij geen blad voor de mond. Pieter Seghers had een eigen kijk op de mensen in hun kleine wereld. Op zijn bidprentje staat te lezen: "In handel en wandel, in denken en doen, had hij een persoonlijk gedacht; een eigen kijk over mensen en zaken".
Aan die liefelijke raadsheren der gemeente Damme.
Mijn leuze getrouw
dat ik van dichten hou.
Ik vaag vierkantig mijn achterwerk
aan den hof rond de kerk.
Gij kunt vanaf morgen
voor een andere zorgen.
Ik heb te weinig dank
voor al die vuile stank
en om reden van hout en zout
dat laat mij helemaal koud.
Pieter Seghers is overleden te Brugge op 17 juni 1964.
Bronnen
- Uit vergeelde folianten door Alfons De Bruycker.
- Notities mij bezorgd door Maria Seghers.
- Eigen archief.