Grafsteen van Pieter Ruysvoet in de kerk van Hoeke kent tweede leven
Jan Tilleman
afb. 1: De nis met grafplaat als banktablet
Zoals aangegeven door Johan Deckers in Rond de Poldertorens 63° jg. nr. 2 p. 76 zijn 7 grafstenen die in 1789 geregistreerd waren, niet meer aangebracht in de huidige kerkvloer in de kerk van Hoeke. Een aantal (ik denk 4 stuks) lagen tot in 2002 wel nog verwerkt in het toegangspad voor de kerk. Naar aanleiding van de viering van 750 jaar Hoeke in 2002 is dit pad heraangelegd en zijn deze grafstenen ook effectief verdwenen. Eén grafsteen namelijk van Pieter Ruysvoet (G in de oude inventaris op p.81 van R.d.P 63° jg. Nr. 2) is niet verdwenen maar kreeg een tweede leven in de kerk. We vinden hem namelijk terug als banktablet in de nis rechts van het altaar.[1] Tijdens de misvieringen voor het tweede Vaticaans Concilie stonden de kelk en de kannetjes met water en wijn hierin opgesteld.
De rondbogige nis heeft volgende afmetingen: hoogte 54 cm, breedte 30,5 cm en diepte 33,5 cm. De bodem bevindt zich op 80 cm hoogte boven het vloeroppervlak van de kerk. Op halve hoogte van de nis werd de verzaagde grafplaat van Pieter Ruysvoet ingemetseld. Hij steekt 4 cm naar binnen. Het zichtbare deel meet 30cm X 29 cm. De 2,4 cm dikke grafplaat moet oorspronkelijk al niet te groot geweest zijn. Van de beneden- zijde is er dan nog een stuk afgezaagd want de onderste regel met “ bidt voor de ziele” is niet meer aanwezig. De vermoedelijk wit marmeren plaat is mee geschilderd met de muren en de binnenkant van de nis.
Afb. 2: Beeld van de tekst op de plaat.
SEPULTURE VAN PIETER RUYSVOET Fs PIETER DE JONG OVERLEET DEN 7° SPORKEL 169
|
Het volledige overlijdensjaar (1698) is vermeld in het hierboven al vermelde artikel van Johan Deckers (p. 77). Naar alle waarschijnlijkheid is deze Pieter Ruysvoet ‘de jonge’ een zoon van kerkmeester Pieter Ruysvoet die toen nog in leven was en pas zou overlijden in 1706 (zie het artikel van Johan Deckers, p. 67).
Voetnoot
[1] De nis links van het altaar is aangebracht na het 2° Vaticaans concilie (1962-65) toen beslist werd dat de priester de mis moest opdragen met zijn aangezicht naar de gelovigen gericht.